Toon bezocht per fiets een twaalftal dorpen in de buurt en bracht ook een bezoek aan de ondergedoken joodse kinderen en bezorgde de gastouders voedsel- en distributiebescheiden. Op 17 juli 1944 werden de verzetsmensen Toon Reijnders en Toon Peters uit Broekhuizenvorst ter dood veroordeeld. Op 29 juli 1944 werden 78 mensen ter dood veroordeeld en op transport gesteld naar Duitsland. Via Kevelaer kwam Toon in de strafgevangenis in Anrath en moest zijn Rode Kruis pakketjes inleveren die hij meegekregen had. Hij kwam in “einzelhaft”. Op 5 april 1945 begon de dodenmars naar Dohnsen. Toon Reijnders en Toon Peeters bleven in Luttringhausen achter en werden later door de Amerikanen bevrijd. Zij kwamen als “de Toontjes” in mei 1945 in Venlo voor lange tijd in het ziekenhuis terecht. Voor Toon Peters was het allemaal teveel geweest, hij overleed aldaar op 24 juni 1947.
